Gedragsregels Tennis-/Padel ouders

 
Deze regels zijn opgesteld door de KNLTB, en gelden daarom ook voor ieder lid van onze vereniging.  Waar KNLTB staat kun je lezen KNLTB/ LTC DEM.

 
Inleiding

Bij de KNLTB staan we voor een integere tennis- en padelsport. Belangrijk onderdeel daarvan is het gedrag op de baan. Het hoeft niet gezegd te worden dat ouders een rolmodel zijn voor hun kind en dus bepalend zijn voor het gedrag en speelplezier van de (jonge) spelers/speelsters. Daarom vinden wij het als KNLTB belangrijk om de ouders mee te geven welk gedrag als ouder langs de baan wenselijk is.

Van jongs af aan komen de kinderen in aanraking met de normen en waarden van de KNLTB (grotendeels verwoord in de Algemene gedragscode Fair Play”), waarvan sportiviteit een van de belangrijkste is. Samen zijn we verantwoordelijk voor de overdracht van een integere tennis- en padelsport op nieuwe generaties. Deze gedragscode helpt ouders de juiste bijdrage te leveren aan hun sportende kind en de tennis- en padelsport integer te houden.

Deze gedragscode is een specifieke aanvulling op de Algemene Gedragscode “Fair Play”, toegespitst op de onderhavige doelgroep.

Gedragscode

De tennis- en padelouder:

  1. Geeft het goede voorbeeld. Gedraagt zich netjes op en rondom de baan. Is altijd sportief, betrouwbaar en eerlijk, en voedt zijn/haar kind ook zo op.
  2. Kent en houdt zich aan de afspraken, de spelregels, statuten, reglementen en besluiten van de KNLTB.
  3. Legt niet te veel nadruk op winnen. Speelplezier is zeker zo belangrijk.
  4. Valt zijn/haar eigen kind en dat van een ander niet af. Staat zijn/haar kind altijd bij, is positief en niet (constant) kritisch op zijn/haar prestaties. Steunt zijn/haar kind en is trots ongeacht de uitslag van een wedstrijd.
  5. Valt de leraar/trainer/coach bij. Steunt de leraar/trainer/coach bij zijn/haar beslissingen en laat het coachen hoofdzakelijk aan de leraar/trainer/coach over.
  6. Valt de leiding niet aan. Respecteert te allen tijde de beslissingen van de scheidsrechter(s) en gaat niet met de leiding in discussie.
  7. Toont interesse. Is geïnteresseerd in de tennis- en/of padelsport en de wijze waarop het kind de sport ervaart.
  8. Moedigt het kind aan zonder druk te leggen op het presteren.
  9. Gebruikt geen fysiek of verbaal geweld. Onthoudt zich van beledigende of ontmoedigende uitspraken. Corrigeert zijn/haar kind als het zich op de baan onbehoorlijk gedraagt (zoals schelden, rackets gooien etc.).
  10. Bemoeit zich niet met het spel en de wedstrijd van het kind.


Neem contact op met een vertrouwenspersoon als je behoefte hebt aan een luisterend oor. Je kunt geen melding doen bij de vertrouwenspersoon, hij of zij is er om met jou te praten en jou steun en advies te geven.


Waar in deze Gedragscode gesproken wordt over hij/zijn kan daarmee ook zij/haar/hen worden bedoeld.